Motor: diesel
Leeftijd: 1 jaar
CO2-uitstoot: 126 g/km
Cataloguswaarde: ca. € 28.000
Cataloguswaarde x leeftijdscoëfficiënt x (5,5 + (0,1 x (CO2-uitstoot – referentie-uitstoot))) x 6/7 = €2.736/jaar
Krijgt een werknemer of bedrijfsleider door de vennootschap kosteloos een wagen ter beschikking gesteld voor (deels of volledig) persoonlijk gebruik? Dan wordt op dit voordeel een voordeel van alle aard (VAA) aangerekend, waarop de gebruiker belast wordt in de personenbelasting.
Bedrijfswagen
Zoals bij de bepaling van het aftrekpercentage van autokosten, is de CO2-uitstoot de bepalende factor in de berekeningsformule. Sinds 1 januari 2023 (aanslagjaar 2024) ziet die formule er als volgt uit:
Cataloguswaarde x leeftijdsquotiënt x (5,5 + (0,1 x (CO2-uitstoot – referentie-uitstoot))) x 6/7
De cataloguswaarde is de catalogusprijs in nieuwe staat bij verkoop aan een particulier, inclusief opties en werkelijk betaalde btw. Er wordt geen rekening gehouden met eventuele kortingen of andere verminderingen.
Bij de berekening wordt ook de ouderdom van de wagen mee in aanmerking genomen. Concreet houdt men rekening met de periode die is verstreken sinds de datum van eerste inschrijving, en moet de cataloguswaarde vermenigvuldigd worden met een bepaald percentage.
Tijdens het eerste jaar van inschrijving (= het eerste levensjaar van de wagen) gebeurt de berekening op basis van de initiële cataloguswaarde tegen 100%. Daarna geldt een degressiviteit, waardoor de cataloguswaarde elk volgend jaar met 6% daalt, tot een minimum van 70% van de oorspronkelijke waarde. In tabelvorm ziet dit er als volgt uit:
Noteer ook dat voor 2023 de volgende referentie-CO2-uitstoot van toepassing is:
Ter info: in 2022 bedroegen deze referentiewaarden respectievelijk 91g/km en 75g/km.
Goed om weten : het aan te rekenen VAA voor aanslagjaar 2024 mag nooit minder dan 1.540 euro per jaar bedragen.
Naast personenwagens worden ook lichte vrachtwagens voor private doeleinden gebruikt, al was het maar om van en naar de werkplaats te rijden. Voor dit voertuigtype gelden voordelige regels, zoals onder meer een lagere verkeersbelasting, geen belasting op inverkeerstelling en autokosten die 100% aftrekbaar zijn (zie hierboven).
Tenminste, dat is het geval voor ‘echte’ lichte vrachtwagens. Om misbruik tegen te gaan, waarbij bijvoorbeeld (luxe)jeeps, terreinwagens of monovolumes als lichte vrachtwagen zouden gekwalificeerd worden, is de fiscus streng in het opleggen van de voorwaarden waaraan een ‘echte’ lichte vrachtwagen moet voldoen:
Kunt u deze technische vereisten niet afvinken? Dan wordt het voertuig fiscaal aanzien als een personenwagen.
Voor lichte vrachtauto’s die door de fiscus als een personenwagen worden beschouwd, wordt het voordeel van alle aard (VAA) berekend op basis van de
berekeningsmethode voor personenwagens. Gaat het echter om een ‘echte’ lichte vrachtwagen? Dan mag u die forfaitaire waarderingsmethode niet toepassen.
Voor echte lichte vrachtwagens gelden de algemene regels voor het bepalen van een VAA. Of anders gezegd: de werkelijke waarde wordt belast in hoofde van de genieter. Dit zijn de kosten die de genieter had moeten maken om over dergelijke wagen te kunnen beschikken.
Hoe berekent u de werkelijke waarde?
Dit doet u door de kostprijs per kilometer te vermenigvuldigen met de werkelijk gereden privé-kilometers. Hou er rekening mee dat woon-werkverplaatsingen worden beschouwd als privéverplaatsingen.
Die raming van de kostprijs per kilometer kan gebeuren via specifieke vakbladen of door de totale kostprijs per jaar (afschrijving van de aankoopprijs, verzekering, onderhoud en herstellingen, brandstof…) te delen door het totale aantal kilometers. Dat zal meestal leiden tot een hogere waardering dan wanneer de berekening volgens de forfaitaire waarderingsmethode gebeurt.
Elektriciteitskosten en laadpaal
En wat met de berekening van het VAA van elektriciteitskosten en/of laadpaal wanneer een werkgever kosteloos een elektrische of hybride wagen ter beschikking stelt? In dat geval verschilt de berekeningswijze al naargelang de situatie.
Geen tussenkomst in elektriciteitskosten
Wanneer een car policy niet voorziet in het verstrekken van elektriciteit door de werkgever (lees: de werknemer moet de kosten voor het elektriciteitsverbruik volledig zelf dragen), dan is er geen discussie mogelijk: de elektriciteit maakt geen deel uit van de terbeschikkingstelling, en dus ook niet van het VAA.
Oplaadpaal bij de werkgever
Mag een werknemer gratis gebruik maken van een laadpaal van de werkgever? In dat geval wordt slechts één belastbaar VAA belast, meer bepaald het forfaitair geraamde voordeel van alle aard dat van toepassing is voor de elektrische bedrijfswagen. De kosteloze verstrekking van elektriciteit doet geen bijkomend belastbaar voordeel van alle aard ontstaan.
Oplaadpunt bij de werknemer thuis en terugbetaling van opgeladen elektriciteit
Krijgt een werknemer naast een wagen ook een home charger of elektrische laadpaal ter beschikking van de werkgever? Dan aanvaardt de fiscus dat in die omstandigheden de terbeschikkingstelling van de elektrische bedrijfswagen met laadpaal en de terugbetaling door de werkgever van de met die laadpaal getankte elektriciteit fiscaal op dezelfde wijze wordt behandeld als de terbeschikkingstelling van een bedrijfswagen met bijhorende tankkaart.
Er zal in dat geval slechts één belastbaar voordeel van alle aard worden belast, met name het forfaitair geraamde voordeel van alle aard dat van toepassing is.